Imperfectie is perfectie

Het is zaterdag 15 september. We starten de dag rustig en keuvelen wat om.
Mats en ik zijn die dag en de komende nacht samen.
We bakken de cupcakes en de biscuitbodem voor de taart.
Samen kletsen we heel wat af. Praten we over wat de dag van morgen zal brengen. De dag van morgen! Zijn verjaardag! Mats wil graag weten wie er allemaal komen. Hij kan zijn enthousiasme bijna niet bedwingen, wat vindt hij het spannend en wat heeft er veel zin in!
Nadat de cupcakes klaar zijn, kijkt hij me vol overtuiging aan: ‘Mama, ik moet er toch écht wel eentje proeven, anders weten we niet of ze goed zijn.’ Ik besef de laatste tijd steeds vaker dat zijn gedachten snel gaan, dat zijn opmerkingen doordacht zijn. Ik moet er om glimlachen. De bijna jarige mag de eerste cupcakes proeven.
De biscuitbodem laat ik eerst afkoelen, zodat ik deze later kan vullen en versieren.

’s Middags knutselen we. Het voelt als een ‘lazy Sunday,’ maar dan op zaterdag. Zo’n dag waarop ik eigenlijk de hele dag lekker in de pyjama zou willen en kunnen lopen. Zo’n dag waarop de zon de kamer vult en het licht een glimlach op mijn gezicht brengt. Zo’n dag waarop ik me keer op keer rijker dan rijk voel.
Terwijl een kleine grote vriend van bijna zes heerlijk aan het spelen is, poets ik het huis. Ik geniet van het feit dat alles om me heen zo zijn plek weer krijgt en schoon is.

Aan het einde van de dag, op het moment dat alles klaar staat, beslis ik dat ik de volgende morgen de taart ga versieren. Zo is alles zo vers mogelijk.
Mats zijn vader is een nacht kamperen met een stel vrienden en dat betekent dat Mats en ik samen in het grote bed slapen. Ik geniet van deze momenten. Ik zing het liedje van de maan voor hem en hij valt, na even omwoelen, heerlijk in slaap.
Beneden hang ik de slingers op en pak ik de laatste cadeautjes in.
Ik schrijf nog een paar gedichten en ga dan naar bed.

’s Nachts wordt Mats wakker.
‘Wat is er, poppie.’
‘Oh, niks hoor. Ik heb gewoon pluisjes in mijn ogen. Nog maar één nachtje!’ Zegt hij.
‘Nog maar één nachtje, lieverd.’
Ik merk dat hij hierna lastig weer in slaap komt. Wat zal er allemaal in dat koppie omgaan?

Wanneer we de volgende ochtend wakker worden, zie ik een stralend jongetje naast me.
‘Ik ben nu jarig!’
‘Kom eens bij me.’ Ik geef hem een dikke knuffel.
‘Je bent nu zes! Mijn grote jongen van zes!’
Eenmaal beneden wil hij nog niks eten. Het zal de spanning zijn. Ik start meteen met het afmaken van de taart. Ik mix de vulling, zet deze in de koelkast en snijd de taart doormidden.
Ik rol de fondant in een dunne ronde cirkel. Ik vul de taart, bestrijk deze met botercrème, alles gaat volgens plan. En dan…het moment van de waarheid…Ik pak het fondant om over de taart te leggen. En terwijl deze boven de taart hangt, scheurt het en valt het boven op de taart. Er flitst van alles door me heen: ‘Ik had het anders moeten doen. Ik had de taart gister moeten afmaken. Nu is de taart mislukt.’ Op het moment dat dit door mijn gedachten flitst zeg ik tegen Mats die naast me staat: ‘Ooooh, sorry poppie! Ik wilde een mooie taart voor je maken en nu scheurt het
bovenste of: deze helemaal!’ Waarop Mats zegt: ‘Oooooh maar dat geeft niks! Dat kan gebeuren mama. De anderen mensen vinden dat ook niet erg.’ Ik kan alleen maar denken: ‘Wat ben je toch een lieverd.’
Hij heeft wel vijftien keer gezegd dat het niet erg is en dat de andere mensen dat ook niet erg vinden.
Ik pak de ouwel met de afbeelding van Cars. ‘Mag ik dat doen?’ Zegt Mats. ‘Ja hoor, dat mag.’ We plakken het plaatje over een gat van de fondant.

Mats kijkt blij en voldaan. Ik weet dat hij weet dat we ons best hebben gedaan. Ik voel dat hij voelt dat ik het met liefde heb gedaan. Wat laat hij me prachtig zien waar het écht om draait.
Ik bedenk me hoe deze taart metafoor staat voor hoe we in het leven soms worstelen met datgene dat wij denken dat het meest van belang is.
Hoe vaak zeggen we dat het goed gaat, terwijl we eigenlijk verdriet voelen.
Hoe vaak verontschuldigenwe ons voor de rommel in ons huis, terwijl er wordt geleefd.
Hoe vaak wordt er van ons verwacht dat we iets doen wat we eigenlijk niet willen of kunnen?
Hoe vaak leggen we de lat zo hoog en denken we nog steeds dat we er overheen moeten klimmen?

Imperfectie is perfectie wanneer de liefde en het geluk het hoogste doel is. Imperfectie is perfectie wanneer emoties er gewoon mogen zijn. Zonder ze op te poetsen, weg te stoppen alsof ze er niet toe doen. Imperfectie is perfectie wanneer we trouw zijn aan dat wat er is.

Precies dat is waar we het bij Ikigai-kids ook over hebben. De aandacht voor onze gedachten. De aandacht voor elkaar. De aandacht voor wat er in ons lijf speelt. Beweging van binnen en van buiten.

Wanneer we ons de zoetheid van de taart laten smaken en van de gaten gaan houden, dan leveren de gaten ons altijd iets op. In dit geval een grappig verhaal, een lach en een gevulde buik.

 

 

Commentaren: 3
  • #3

    Hilly (woensdag, 26 september 2018 08:45)

    Bedankt voor jullie reacties Nissett en Loes! Fijn om te lezen! ♥️

  • #2

    Nissett (maandag, 24 september 2018 17:59)

    Wat een mooi verhaal. En inderdaad, vaker stil staan.bij.wat er echt toe doet. Dat is belamgrijk!

  • #1

    Loes (maandag, 24 september 2018 15:54)

    Zo prachtig geschreven en zo herkenbaar! Mooi! En hartverwarmend!